Zorg dat alle plaatjes leesbaar zijn. Reinig of vervang de plaatjes waarvan de woorden niet meer leesbaar of de afbeeldingen niet meer zichtbaar zijn. Reinig de plaatjes met een doek, water en zeep. Gebruik geen oplosmiddelen, benzine of andere agressieve chemicaliën. Oplosmiddelen, benzine of chemicaliën kunnen de lijm oplossen waarmee de plaatjes bevestigd zijn. Daardoor kunnen de plaatjes van de motor af vallen.
Vervang een plaatje dat beschadigd is of ontbreekt. Als een plaatje zich op een onderdeel van de motor bevindt dat werd vervangen, moet een nieuw plaatje op het nieuwe onderdeel worden aangebracht. Uw Caterpillar dealer kan nieuwe plaatjes leveren.
Gebruik deze motor niet en werk er niet aan voordat u de instructies en waarschuwingen in de Onderhouds- en Bedieningshandleiding hebt gelezen en begrepen. Het niet opvolgen van de instructies of het negeren van de waarschuwingen kan leiden tot ernstige of dodelijke ongevallen. Neem contact op met uw Caterpillar dealer voor nieuwe handleidingen. U bent verantwoordelijk voor het juiste onderhoud. |
De veiligheidsplaatjes die mogelijk op de motor zijn aangebracht, worden hieronder afgebeeld en beschreven.
Illustratie 1 | g00386802 |
De veiligheidsplaatjes voor de carterdeksels bevinden zich op de carterdeksels.
Illustratie 2 | g00123185 |
Een steekvlam kan lichamelijk letsel tot gevolg hebben als de carterdeksels binnen vijftien minuten na een noodstop worden verwijderd. Start de motor niet opnieuw voordat de oorzaak van de stopzetting is verholpen. |
Duplex brandstoffilter en oliefilter
Illustratie 3 | g00738880 |
De veiligheidsplaatjes voor het brandstofduplexfilter en het olieduplexfilter bevinden zich op het deksel van het brandstoffilter (1) en het oliefilter (2).
Illustratie 4 | g00306243 |
Het filter bevat hete vloeistof onder druk wanneer de motor draait. Volg de instructies op de regelklep om letsel te voorkomen als er luchtstromingen zijn die de vloeistof wegblazen. Stop de motor om brand te voorkomen. |
Elektrische verdeling (generator)
Illustratie 5 | g00728236 |
(1) veiligheidsplaatje op het toegangsluik van de ladingskabel
(2) veiligheidsplaatje op het generatordeksel |
Het veiligheidsplaatje (1) voor elektrische distributie (generator) bevindt zich op het toegangsluik van de ladingskabel. Het veiligheidsplaatje (2) voor elektrische distributie (generator) bevindt zich ook op het generatordeksel.
Illustratie 6 | g00296980 |
Sluit de generator alleen op een distributiesysteem van een nutsbedrijf aan als hij van het systeem geïsoleerd is. Elektrische stroom kan anders in het net worden teruggevoed en ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Open de hoofdschakelaar van het distributiesysteem en zet hem vast, of installeer een tweewegschakelaar als de verbinding permanent is, om terugvoeding van elektrische stroom te voorkomen. Sommige generatoren zijn speciaal goedgekeurd door een nutsbedrijf om parallel met het distributiesysteem te lopen en isolatie is niet nodig in dat geval. Vraag uw nutsbedrijf altijd naar de van toepassing zijnde omstandigheden. |
Illustratie 7 | g00580740 |
Het veiligheidsplaatje voor elektrische schok bevindt zich op het bedieningspaneel.
Illustratie 8 | g00580695 |
Er is gevaar voor elektrische schokken. Een elektrische schok kan ernstig persoonlijk letsel of de dood veroorzaken. De stroom van het systeem moet worden losgekoppeld. Draai de motorbedieningsschakelaar naar de stand "OFF/RESET (UIT/TERUGSTELLEN)". Open de onderbreker van de elektrische voeding. |
Elektrische apparatuur omvat de volgende componenten: motorregelsysteem, bedradingsafscherming harnesses en sensoren.
Illustratie 9 | g00658509 |
Het veiligheidsplaatje voor radiateurkoelvloeistof bevindt zich nabij de voorkant van de radiateurvuldop.
Illustratie 10 | g00658535 |
Systeem onder druk: hete koelvloeistof kan ernstige brandwonden veroorzaken. Stop de motor voordat u de dop opent. Wacht tot de radiateur is afgekoeld. Draai de dop langzaam los om de druk te ontlasten. |
Illustratie 11 | g00664982 |
Het veiligheidsplaatje voor hoogspanning bevindt zich op de watermantelverwarmer.
Illustratie 12 | g00481390 |
De voeding moet worden uitgeschakeld voordat u aan de apparatuur werkt. Het niet uitschakelen van de voeding kan ernstige of dodelijke ongevallen tot gevolg hebben. |
Illustratie 13 | g00580494 |
Het veiligheidsplaatje voor het hijsen van de motor bevindt zich op de kleppendeksels.
Illustratie 14 | g00306083 |
Door een verkeerde hijsbevestiging kan de eenheid vallen waardoor letsel en schade worden veroorzaakt. |
Lees het onderwerp in deze Bedienings- en onderhoudshandleiding, "Motor hijsen" (gedeelte Bediening) vóór u de motor hijst.
Als verkeerde uitrusting wordt gebruikt om de motor te hijsen, kan letsel en schade worden veroorzaakt. Gebruik kabels van de juiste werkbelasting voor het gewicht. Gebruik een spreidstang en bevestig de kabels volgens de informatie op het veiligheidsplaatje.
Illustratie 15 | g01389999 |
Het veiligheidsplaatje (1) voor de bediening bevindt zich aan de buitenkant van de deur van het bedieningspaneel.
Illustratie 16 | g00306265 |
Een steekvlam kan lichamelijk letsel tot gevolg hebben als de carterdeksels binnen vijftien minuten na een noodstop worden verwijderd. Start de motor niet opnieuw voordat de oorzaak van de stopzetting is verholpen. |
Illustratie 17 | g00738887 |
Een veiligheidsplaatje voor de unit injector bevindt zich op de elektronische regelmodule (ECM: electronic control module) (1) en de kleppendeksels (2).
Illustratie 18 | g00103125 |
Gevaar voor elektrische schok. Het elektronische unit injectorsysteem gebruikt 90-120 volt. |
De ECM stuurt een hoogspanningssignaal naar de brandstofverstuivers. Koppel de connector van de brandstofverstuiver los om lichamelijk letsel te voorkomen. Raak de draadboomconnector van de brandstofverstuiver niet aan terwijl de motor draait.
Beperkingen op brandstofvervoer
Illustratie 19 | g00728065 |
Het veiligheidsplaatje voor de beperkingen op het brandstofvervoer bevindt zich op de brandstoftank.
Illustratie 20 | g00728091 |
Vervoer de eenheid niet met meer dan 200 US-Gall. brandstof |